Belasting in N | 12.9 | 10.9 | 8.8 |
250 | - | - | - |
400 | - | - | - |
630 | - | - | - |
1000 | - | - | - |
1600 | 3 | 3 | 3 |
2500 | 3 | 3 | 4 |
4000 | 4 | 4 | 5 |
6300 | 4 | 5 | 5 |
10000 | 5 | 6 | 8 |
16000 | 6 | 8 | 8 |
25000 | 8 | 10 | 10 |
40000 | 10 | 12 | 14 |
63000 | 12 | 14 | 16 |
100000 | 16 | 16 | 20 |
160000 | 20 | 20 | 24 |
250000 | 24 | 27 | 30 |
400000 | 30 | 36 | - |
630000 | 36 | - | - |
A. Selecteer de laagste belasting uit kolom 1 die hoger is dan de werkbelasting FA.
(FA = Axiale kracht; een berekende werkbelasting in de boutas of de componenten van een gegeven berekende werkbelasting) die werkt op de verbindingen met bouten.
B. De vereiste minimale aanvangsklemkracht FMmin
(FMmin = Minimale aanvangsklemkracht vastgesteld op FMmax als gevolg van een gebrek aan nauwkeurigheid in de aanspantechniek) wordt bepaald door deze belasting uit kolom 1 verder te verhogen volgens de onderstaande stappen.

4 stappen
Statische of dynamische overdrachtsbelastingen

2 stappen
Dynamische of excentrisch aangebrachte belastingen
2 Stappen
Twee stappen voor het aandraaien van de bout met behulp van een eenvoudige aandraaigereedschap die is ingesteld op basis van het nataanhaalmoment.

1 stap
Dynamische en concentrisch aangebrachte of statische en excentrisch aangebrachte werkbelastingen
1 Stap
Één stap voor het aandraaien met behulp van een momentsleutel of precisiespindel, ingesteld en gecontroleerd door middel van dynamische momentmeting of rekmeting van de bout.

0 stappen
Statische en concentrisch aangebrachte axiale belastingen
0 Stappen
Geen stappen voor het aandraaien met hoekcontrole in het plastische bereik of door middel van computergestuurde belastingbewaking op vloeigrens.
C. De vereiste maximale aanvangsklemkracht FMmax wordt bepaald door deze FMmin-belasting te verhogen met:
- 2 stappen voor het aandraaien van de bout met behulp van een eenvoudige aandraaigereedschap, ingesteld op basis van het aanhaalmoment, of
- 1 stap voor het aandraaien met een momentsleutel of precisiespindel, ingesteld en gecontroleerd door middel van dynamische momentmeting of rekmeting van de bout, of
- 0 stappen voor het aandraaien door middel van hoek controle in het plastische bereik of computergestuurde bewaking van de rekgrens.
D. Naast het gevonden aantal stappen geven kolommen 2 tot 4 de vereiste boutafmetingen in mm aan voor de geselecteerde sterkteklasse van de bout.
Voorbeeld
Een verbinding wordt dynamisch en excentrisch belast met een axiale belasting FA=8500NFA = 8500NFA=8500N. Een bout met sterkteklasse 12.9 moet worden gemonteerd met een momentsleutel.
A. 10.000N is de eerstvolgende grotere belasting boven FAFAFA in kolom 1.
B. 2 stappen voor excentrische en dynamische axiale belasting geven FMmin=25.000NFM_{\text{min}} = 25.000NFMmin=25.000N.
C. 1 stap voor het aandraaien met een momentsleutel geeft FMmax=40.000NFM_{\text{max}} = 40.000NFMmax=40.000N.
D. Voor FMmax=40.000NFM_{\text{max}} = 40.000NFMmax=40.000N vinden we in kolom 2 (sterkteklasse 12.9): M10.